Saharastof doet fronsen en leven

Onze ramen zijn weer proper. Een deel dan toch. Ik kan niet zelf de eer opstrijken. Die behoort toe aan onze poetsvrouw die deze week het heft in handen nam en besloot dat het welletjes was. Byebye Saharazand, hello shiny windows!

Zelf stoorde ik me er niet zo aan, maar toen ik vorige week met manlief ging wandelen aan de Oude Leie en door Sint-Martens-Latem reed, zag menig BMW-chauffeur er wat grumpy uit. Nochthans is het niet allemaal kommer en kwel. Dat Saharastof waar iedereen hier zijn neus voor ophaalt, is van levensbelang voor onze oceanen. En als je weet dat zowat de helft van 's werelds photosynthese net in die oceanen plaats vindt, zou je er al eens wat zand over blazen, niet?

Foto Wolfgang Hasselmann via Unsplash

Dat belang heeft alles te maken met het bestaan van limiting nutrients. Alle organismen hebben bepaalde hoeveelheden voedingsstoffen nodig. Een beetje kalium, een beetje stikstof, wat zwavel hier en wat fosfor daar. In sommige bodems zijn niet alle voedingsstoffen voorhanden. Is er een tekort van een bepaald nutriënt, dan bepaalt net dàt nutriënt hoe goed de planten in die bodem zullen groeien, hoeveel andere voedingsstoffen ook aanwezig mogen zijn. Dat is de limiting nutrient. Er zal wel een mooie Nederlandse term voor zijn, maar die ken ik even niet. Studeren in het Engels, het is wat. 

Een teveel aan voedingsstoffen is overigens ook niet fijn, want dat kan leiden tot eutrofiëring van rivieren en het afsterven van alle onderwaterleven. Wat balans is wel zo fijn.

Net zoals in terrestriale ecosystemen de planten hun voedingsstoffen uit de bodem halen, haalt phytoplankton dat uit het water. Niet alle stukken oceaan hebben dezelfde hoeveelheid nutriënten. Veel hangt af van zeestromingen, winden en de impact van land op zee. Zo bestaan er regio's waar te veel nutriënten aanwezig zijn door afvloeing vanuit landbouwgebieden waardoor zuurstofarme dead zones ontstaan in de oceaan. Een gekend voorbeeld is de Golf van Mexico waar in 2021 een zuurstofarme zone van maar liefst 16.400 vierkante kilometer gemeten werd. Geen vis die hier nog adem kan happen. Op andere plekken komen dan weer te weinig nutriënten voor waardoor er hoegenaamd geen plankton kan overleven.

Foto USGS (United States Geological Survey) via Unsplash: 'massive congregations of greenish phytoplankton swirl in the dark water around Gotland, a Swedish island in the Baltic Sea'

En daar komt dat Saharastof dus van pas. Volgens schattingen zou jaarlijks ongeveer 180 miljoen ton zand uit de Sahara omhoog geblazen worden. Het grootste deel hiervan landt niet op de voorruit van je wagen maar komt in de Atlantische Oceaan terecht. Dit zorgt voor een plotse toevoer van ijzer en fosfor in het water, wat het plankton dan weer met open armen ontvangt. Dus: meer Saharazand = meer voedingsstoffen = meer phytoplankton = meer photosynthese = meer koolstofopslag.

Niets dan goed, dat Saharastof!

Hoewel ik moet toegeven dat intussen ook de zonnepanelen misschien wel een poetsbeurt kunnen gebruiken. En gezien mijn welgekende motorische onhandigheid, jaag je mij best niet het dak op met emmer en dweil.

Reacties